Wachtende wankele woorden worden wuifend wakker wanneer warmte wisselvallig wederkeert
Het is nog geen zomer
Wachtende wankele woorden worden wuifend wakker wanneer warmte wisselvallig wederkeert
Het is nog geen zomer
slaap (de; m; meervoud: slapen)
1
elk van de vlakke delen van het hoofd naast het voorhoofd
1
toestand van algehele rust, waarbij de zintuigen niet werken en het bewustzijn ophoudt: in slaap vallen
2
behoefte aan deze toestand: slaap krijgen
sla·pen (sliep, heeft geslapen)
1
de slaap ondergaan
2
niet waakzaam zijn; = suffen
3
tijdelijk buiten werking zijn: slapende (bank)rekening waarmee lange tijd niets is gebeurd
4
(van ledematen) tijdelijk krachteloos zijn en een tintelend gevoel geven
Lees ik; terwijl mijn adem stookt en in een broze gelukzaligheid twee longen krachteloos wachten tot het bewustzijn.
de·fi·ni·tie (de; v; meervoud: definities)
1 beschrijving van wat iets is: de definitie van een woord; per definitie uit de aard der zaak, vanzelfsprekend; dit is per definitie niet een definitieve definitie van het woord definitie
Argus sloeg het woordenboek dicht en besloot definitief om het nooit meer open te doen. Sommige dingen moet je maar van de straat leren.
Als een naaktslak
Tevergeefs op zoek
Naar een huis
Tussen alle sporen
Alleen blikkend
Verlangend naar de kronkel
Om in te schuilen
In plaats van te huizen
Daar waar het beste is
Ver van het pot zout
Die ik over de tuin giet